Resultaat met woordenlijst ( 11 )


gouden standaard
Dit is een methode, procedure of meting die algemeen beschouwd wordt als de best beschikbare methode. Een gouden standaard wordt vooral gebruikt bij het vergelijken van diagnostische testen en wordt dan omschreven als de test die het best kan discrimineren tussen patiënten met en zonder een bepaalde ziekte. Aangezien de gouden standaard meestal een omslachtige of invasieve test is (zoals bijvoorbeeld een keelkweek voor de diagnostiek van streptokokken faryngitis of gastroscopie voor het diagnosticeren van een maagulcus) gebruikt men in de praktijk minder accurate diagnostische testen. De waarde van diagnostische testen wordt in vergelijking met de gouden standaard uitgedrukt in sensitiviteit en specificiteit.
referentietest
sensitiviteit, specificiteit
Aantal resultaten : 11 artikel(s) - 1 bondige bespreking(en)


De diagnostische accuraatheid van eenvoudige testen (HbA1c en nuchtere glykemie) voor de opsporing van prediabetes is matig. De populaties die met deze testen geïdentificeerd worden als prediabetespatiënten, variëren aanzienlijk naargelang de gebruikte criteria. Er bestaat dus een risico om spontaan interventies op te zetten bij vals-positieve patiënten en om niets te ondernemen bij vals-negatieve patiënten. De orale glucosetolerantietest is de gouden standaard, maar is minder eenvoudig af te nemen. Metformine en leefstijlinterventies hebben enig preventief effect op de ontwikkeling van diabetes, maar het klinische effect is waarschijnlijk overschat. Voor vrouwen met zwangerschapsdiabetes in de voorgeschiedenis is het niet mogelijk om besluiten te formuleren. De optie om te screenen en vroegtijdig te behandelen riskeert dus weinig effectief te zijn voor de preventie van type 2-diabetes.

Een klinisch algoritme voor de diagnostiek van urineweginfecties bij jonge kinderen?

Jouret F.

Minerva 2017 Vol 16 nummer 5 pagina 119 - 122


De DUTY-studie is een diagnostische, prospectieve multicenter cohortstudie bij 7 163 kinderen jonger dan 5 jaar die zich aanbieden in de eerste lijn met een acute verslechtering van hun gezondheidstoestand. Op basis van een nauwgezette en adequate analyse bevelen de auteurs aan om bij kinderen ouder dan 2 jaar een urinestaal via midstream te laten onderzoeken indien 3 van de 5 volgende symptomen of tekenen aanwezig zijn: voorgeschiedenis van urineweginfecties, slecht ruikende urine, pijn bij het plassen, klinische indruk van ernstige ziekte en afwezigheid van ernstige hoest. De sensitiviteit van deze aanpak bedraagt 51,7%. De dipstick heeft geen supplementaire diagnostische waarde en is economisch niet verantwoord. Voor kinderen jonger dan 2 jaar bij wie een urinestaal alleen mogelijk is via de luier, laten de gegevens van deze studie niet toe om een onderscheid te maken tussen de kosteneffectiviteit van het algoritme en het klinisch oordeel, met of zonder dipstick.

Screening naar chlamydia en gonorroe: hoe en bij wie?

Chevalier P.

Minerva 2015 Vol 14 nummer 7 pagina 83 - 84


Deze update van vorige literatuuroverzichten van de USPSTF (U.S. Preventive Services Task Force) bevestigt de accuraatheid van de DNA-amplificatietest voor de opsporing van chlamydia- of gonokokkeninfecties. De doeltreffendheid van screening op gonokokken is nog niet onderzocht. De gegevens over de doeltreffendheid van chlamydiascreening bij asymptomatische vrouwen tussen 16 en 34 jaar zijn waarschijnlijk nog onvoldoende nauwkeurig en hebben misschien nog te weinig power, waardoor de resultaten op het vlak van preventie van PID niet eensluidend zijn.

Deze systematische review met veel methodologische beperkingen stelt het mogelijke nut voorop van CRP en fecaal calprotectine om inflammatoir darmlijden uit te sluiten bij patiënten met prikkelbaredarmsyndroom.

Waarde van symptomen en klinische tekens voor de diagnose van pneumonie bij kinderen

Michiels B.

Minerva 2015 Vol 14 nummer 6 pagina 66 - 67


Deze systematische review en meta-analyse toont aan dat geen enkel klinisch teken of symptoom apart in staat is pneumonie bij kinderen jonger dan 5 jaar aan te tonen of uit te sluiten. Er kan geen uitspraak gedaan worden over de gecombineerde diagnostische waarde van twee of meer klinische kenmerken, noch over de plaats van sneltesten.

Wat is de meest precieze formule om de GFR te schatten?

Van Pottelbergh G.

Minerva 2012 Vol 11 nummer 9 pagina 108 - 109


Deze studie besluit dat geen enkele van de huidige op serumcreatinineconcentratie gebaseerde formules optimaal is om de GFR bij alle patiënten en in alle situaties te schatten. Globaal genomen lijkt de CKD-EPI-formule accurater dan de MDRD-formule maar er is nog te weinig evidentie om in de klinische praktijk de MDRD-formule door de CKD-EPI-formule te vervangen.

Uit deze studie blijkt dat in vergelijking met de 24-uurs ambulante bloeddrukmeting, aantonende en uitsluitende kracht van conventionele en thuisbloeddrukmeting zwak zijn om de diagnose van hypertensie te stellen.

Diagnose van hoofdluis: hoofdinspectie of natkammen?

Poelman T. , Reusens N.

Minerva 2010 Vol 9 nummer 4 pagina 46 - 47


Deze studie toont aan dat de natkammethode veel gevoeliger is dan hoofdinspectie om levende hoofdluizen bij een persoon op te sporen. Om neten op te sporen is hoofdinspectie even gevoelig als natkammen.

Hypertensiebehandeling baseren op thuismeting?

De Cort P.

Minerva 2005 Vol 4 nummer 5 pagina 80 - 82


Dit onderzoek toont aan dat door zelfmeting van de bloeddruk, vergeleken met conventionele bloeddrukmeting, een efficiëntere bloeddrukcontrole kan worden bereikt met minder medicatiegebruik en kosten. Conventionele bloeddrukmeting blijft de gouden standaard, maar zelfmeting van de bloeddruk kan een waardevol alternatief zijn bij de oppuntstelling en opvolging van hypertensiepatiënten.

Screening van cervixkanker: dunnelaag, HPV of PAP?

Smeets F.

Minerva 2004 Vol 3 nummer 4 pagina 55 - 57


Deze studie toont aan dat screening van cervixkanker met behulp van dunnelaagcytologie minder betrouwbaar is dan met een klassiek Papanicolaou-uitstrijkje. Andere studies en een meta-analyse komen tot andere resultaten. Daarbij is er onvoldoende evidentie over de kosten en baten van de dunnelaagtechniek. De WVVH-aanbeveling voor cervixkankerscreening die het gebruik van de klassieke uitstrijktechniek aanbeveelt, blijft dan ook van kracht.

Hoofdinspectie of nat kammen voor detectie van hoofdluis?

Reusens N.

Minerva 2002 Vol 31 nummer 1 pagina 42 - 43


Hoofdinspectie is geen goede techniek voor detectie van hoofdluis bij kinderen: de natkam-methode heeft hierbij de voorkeur.

Diagnostische waarde van tachypneu voor pneumonie

Art B.

Minerva 2001 Vol 30 nummer 5 pagina 233 - 234


Samenvattend kunnen we stellen dat de klinische symptomen van een luchtweginfectie bij kinderen (crepitaties, hoest, koorts,…) niet toelaten om de diagnose ‘pneumonie’ te stellen of uit te sluiten. Aanwezigheid van tachypneu is een zwak argument voor de diagnose van pneumonie. Uitgaande van een incidentie van pneumonie bij kinderen van ongeveer 30-50 per 1.000, is de aanwezigheid van tachypneu wel waardevol bij het beslissen of men een thoraxfoto laat nemen. De diagnose (en dus de behandeling) van een pneumonie stelt men niet op basis van de kliniek, maar op basis van een foto.